Een halve meter overbruggen met stalen vingers
Naast nieuw asfalt krijgen de Zeeburgerbruggen (A10) tijdens het groot onderhoud ook nieuwe voegovergangen. Bijzonder: het zijn in Nederland de grootste voegovergangen, waarbij stalen vingers in elkaar haken.
Wie weleens over een brug rijdt, herkent vast het typische kedeng-kedeng-geluid van de stalen voegovergang. Zo’n voegovergang vormt de verbinding tussen het vaste land en de brugconstructie, waardoor het verkeer veilig en comfortabel kan passeren.
De voegovergang dicht de spleet die nodig is om het brugdek vrij te kunnen laten vervormen. Zo zet de brug bijvoorbeeld uit bij warmer weer. Op die manier wordt voorkomen dat er grote scheuren en spleten in het asfalt ontstaan.
Einde levensduur
De Zeeburgerbruggen en daarmee ook de voegovergangen zijn bijna 40 jaar oud. Deze voegovergangen zijn aan het einde van hun levensduur: door roestvorming zijn lekkages ontstaan en door belasting van het verkeer is er vermoeiing in het staal opgetreden. Daarom worden de voegovergangen tijdens dit groot onderhoud vervangen.
Van lamellen naar vingers
De huidige voegovergangen bestaan uit meerdere lamellen - parallelle staalprofielen - die ten opzichte van elkaar kunnen bewegen. Zo wordt de vervorming van het brugdek verdeeld over meerdere voegopeningen.
Voor de nieuwe situatie is gekozen voor een zogeheten vingervoegovergang. Deze bestaat uit in elkaar grijpende uitstekels die lijken op vingers. Aan het uiteinde van de vingertoppen zit ruimte om vervorming van het brugdek op te kunnen vangen.
In vergelijking met lamellenvoegovergangen heeft dit type als grote voordeel dat er geen slijtagegevoelige onderdelen meer aanwezig zijn die iedere 10 jaar vervangen moeten worden. Daarmee zijn de onderhoudskosten een stuk lager. Daarnaast zijn ze aanzienlijk stiller dan de huidige lamellenvoegovergangen.
12 middelgrote auto’s
Nog niet eerder in Nederland werden vingervoegovergangen bij zo’n grote spleet toegepast: ze overbruggen straks een spleet van halve meter tussen de 320 m lange hoofdbrug en de 864 m lange aanbrug. Deze 20 m lange reuzen van voegovergangen wegen dan ook fors: ongeveer 18 ton per stuk, dat zijn zo’n 12 middelgrote auto’s.
Iedere voegovergang bestaat uit 2 delen. Een konvooi van 2 trailers vervoert deze losse constructies één-voor-één naar de Zeeburgerbruggen.
Precisieklusje
Op de brug koppelen we 2 constructies aan elkaar tot 1 lange vingervoegovergang. Met een zogeheten telescoopkraan wordt deze vervolgens op zijn plek gehesen en vastgezet.
Dan volgt een precisieklusje: het afstellen van de voegovergang op de juist hoogte en onderlinge afstand. Dat is millimeterwerk, waarbij we ook rekening houden met de temperatuur van de brug. In de zomer warmt de brug namelijk gedurende de dag op, zeker als de zon uitbundig schijnt, waardoor deze uitzet.
Staat de voegovergang eenmaal in de juiste positie, dan brengen we bewapening en bekisting aan, storten de voegovergang in beton en werken deze verder af. En daarmee zijn de nieuwe vingervoegovergangen helemaal vernieuwd en kunnen deze er zeker weer 40 jaar tegenaan!
