Interview

Speuren naar zeldzame fauna bij VIA15

Gepubliceerd op: 16 april 2025, 09.16 uur

Nabij de poelen langs het Pannerdensch kanaal ontdekt ecoloog Victor Loehr holen in de grond en een mestputje. ‘Dit lijkt verdacht veel op een dassenburcht’, zegt hij.

Een bijzondere vondst, want dassen waren hier nog niet eerder waargenomen. Het laat zien hoe dynamisch de natuur is en waarom regelmatig natuuronderzoek noodzakelijk blijft.

In 2025 brengen ecologen opnieuw in kaart welke beschermde diersoorten er in het gebied van ViA15 leven. ‘Bij infrastructurele projecten moet je eens in de drie jaar onderzoeken of er beschermde flora en fauna aanwezig zijn. Dat schrijft de Omgevingswet voor’, legt Loehr uit.

‘Omdat ViA15 lang stillag, is er in 2025 een update nodig van onze eerdere onderzoeken.’

Op tijd signaleren

De natuur staat niet stil. Zeldzame soorten kunnen zich binnen het gebied verplaatsen, toenemen of verdwijnen. ‘De dassenburcht is een goed voorbeeld', zegt Loehr. Door deze tijdig te signaleren, kunnen we hiermee rekening houden. Het laatste wat je wilt, is dat werkzaamheden stilvallen door een onverwachte vondst.’

Groot en divers

Nederland telt zo’n 500 beschermde dieren- en plantensoorten, maar niet allemaal komen ze voor in het projectgebied. 

‘Op basis van eerdere onderzoeken, een recent veldbezoek en gegevens uit de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) hebben we een inventarisatie gemaakt van soorten die in en rondom het tracétraject voorkomen. Dat blijken met name vleermuizen, dassen, bevers, roofvogels en amfibieën te zijn.’

Het onderzoek beslaat een uitgestrekt en gevarieerd gebied. ‘Doordat het traject van ViA15 door verschillende ecosystemen loopt kom je veel soorten tegen.’

Jaarrond

Niet alle dieren laten zich het hele jaar door zien, daarom wordt het onderzoek afgestemd op de soorten. ‘Elke soort vraagt om een eigen onderzoeksaanpak’, zegt Loehr.

‘Vleermuizen monitoren we op meerdere momenten in het jaar met bat detectoren. Roofvogels zoals uilen lokaliseren we heel vroeg in het voorjaar als ze beginnen met de voortplanting. Amfibieën, zoals de kamsalamander, zoeken we later in het voorjaar met schepnetten. En de sleedoornpage, een zeldzame dagvlinder, onderzoeken we in de winter.'

'Dan zijn de eitjes het beste zichtbaar op de kale takken. Die diversiteit maakt het onderzoek een hele puzzel.’

Onderzoekers in het veld

Wie in het projectgebied van ViA15 wandelt, kan dit hele jaar onderzoekers tegenkomen, overdag en soms in het donker. Zo vindt het onderzoek naar vleermuizen ’s nachts plaats, omdat ze dan actief zijn. ‘We krijgen weleens verbaasde blikken’, lacht Loehr.

‘Mensen zien ons met hesjes en apparatuur een tijdlang op een bepaalde plek stil staan en vragen zich af wat we doen. Maar daar is niets geheimzinnigs aan. Onderzoekers observeren dieren, gebruiken speciale opsporingsapparatuur en leggen data vast op tablets.’

Balans tussen infrastructuur en natuur

‘Door nu in kaart te brengen welke dieren hier leven kunnen we maatregelen nemen om ze zoveel mogelijk te ontzien’, zegt Loehr. Tegelijk biedt het onderzoek kansen om de natuur te versterken. ‘Denk aan extra beplanting langs vleermuisroutes of een nieuwe poel voor amfibieën.’

Kwetsbare soorten krijgen extra aandacht. ‘Een milieuorganisatie vroeg om meer maatregelen voor dagvlinders’, zegt Loehr. ‘Aan dit soort verzoeken proberen we zoveel mogelijk te voldoen. Daarnaast onderzoeken we hoe we het leefgebied van zeldzame kieuwpootkreeften kunnen behouden en zelfs uitbreiden. Zo zorgen we voor een goede balans tussen natuur en infrastructuur.’

Wilt u meer weten over het natuuronderzoek? Kijk op de website ViA15.