A10: Zeeburgerbruggen krijgen duurzaam asfalt
Bij het onderhoud van de Zeeburgerbruggen vervangt Rijkswaterstaat het wegdek met asfalt dat voor 50% uit gerecycled asfalt bestaat. Ook wordt dit asfalt met minder energie geproduceerd en gelegd.
Het project maakt deel uit van de Koploperaanpak Duurzame Wegverharding, waarbij Rijkswaterstaat de duurzaamheidslat extra hoog legt. Bouwbedrijf BAM Infra Nederland is de uitvoerder van dit bijzondere project.
Onderweg naar klimaatneutraal en circulair werken in 2030 introduceerde Rijkswaterstaat de Koploperaanpak Duurzame Wegverharding. Hiermee besteden we werk aan waarbij de duurzaamheidslat voor asfalt extra hoog ligt. Uitgangspunten van deze aanpak zijn: CO2-reductie en minder gebruik van primaire grondstoffen.
‘Ons wegenteam heeft hoge ambities op het gebied van duurzaamheid en mede daarom is het omvangrijke onderhoudsproject van de Zeeburgerbruggen geselecteerd voor die Koploperaanpak’, zegt omgevingsmanager Marjolein de Vlerk.
Mooie wisselwerking
Wegbeheerders en bouwbedrijven zijn volop bezig met de verduurzaming van de keten. ‘Het is belangrijk dat wegbeheerders de markt de kans geven om innovaties in de praktijk te brengen’, aldus De Vlerk.
‘De Koploperaanpak faciliteert opdrachtgever en opdrachtnemer om gezamenlijk stappen te zetten in de verduurzaming van wegverhardingsprojecten. Bij het groot onderhoud aan de A10 Zeeburgerbruggen is het echt een mooie wisselwerking geworden.’
Flinke boost voor de transitie
Bij de aanbesteding kwam bouwonderneming BAM als beste uitvoerder uit de bus. De Vlerk: ‘Door de manier van aanbesteden konden bedrijven die duurzaam asfalt maken goed inschrijven. De gunning verliep op basis van de Beste Prijs en Kwaliteit Verhouding.’
‘Het is stoer van Rijkswaterstaat om koplopers uit de markt een podium te bieden om te laten zien wat ze in huis hebben, zegt Rémy van den Beemt, hoofd technologie bij BAM Infra Nederland. ‘Want de bouwwereld mag dan wel druk zijn met innoveren, opdrachtgevers moeten er ook open voor staan om zo’n innovatie toe te passen. Nieuwe ontwikkelingen moeten zich immers eerst bewijzen. Zo kunnen we samen de transitie een flinke boost geven.’
Recyclen van asfalt is niet nieuw
Op zich is het recyclen van asfalt niet nieuw. Al sinds de jaren tachtig wordt er voor minder drukke wegen en voor onderlagen van rijks- en N-wegen gerecycled asfalt gebruikt. Asfalt leent zich dan ook uitstekend voor hergebruik. Zolang het niet ‘vervuild’ is met bijvoorbeeld toegevoegde rubbers of polymeren, kun je het oneindig recyclen.
Wel verschilt de kwaliteit van zo’n onderlaag met die van een deklaag van rijks- en N-wegen. Daaraan worden de strengste eisen gesteld. ‘Lange tijd gebruikten we voor de deklagen enkel primaire grondstoffen’, zegt Van den Beemt: ‘Een weg als de A10 staat onder zoveel invloed. Dagelijks gaan er duizenden auto’s over, en zwaar vrachtverkeer. In de zomer zet het uit door de hitte en in de winter krimpt het weer door de vorst. En onder invloed van zoveel geweld moet zo’n weg ook nog 15 jaar meegaan.’
Geoptimaliseerd procedé
Om die deklaag toch ook deels circulair te maken, moest het procedé van de jaren tachtig worden geoptimaliseerd. Van den Beemt: ‘Vroeger voegden we het hergebruikte asfalt koud bij de productie van het nieuwe asfalt. Maar voor een goede kwaliteit moeten zowel de primaire als secundaire asfaltstromen worden verhit’. Dat verhitten vindt plaats in grote trommels bij asfaltcentrales in het land.
Zij controleren ook de kwaliteit. Zitten er bijvoorbeeld schadelijke stoffen in, zoals teer? Dan wordt het gebruikte asfalt afgekeurd. Zodra alles voldoende verwarmd is worden beide stromen met elkaar gemengd. De bouwbranche werkt momenteel hard aan het behalen van de doelstelling van 50% minder primair grondstofgebruik vanaf 2030. Asfaltmengsels met hogere percentages hergebruik nemen dan ook steeds meer toe.
Minder CO₂-uitstoot met LEAB
Omdat dit verwarmen van asfalt veel energie kost, willen de branchevereniging Bouwend Nederland en Rijkswaterstaat vanaf 2025 alle gangbare asfaltmengsels op lage temperatuur produceren en uitvragen. Het doel: het gasverbruik bij de productie van asfalt terugdringen en zo de CO2-uitstoot beperken.
‘Bij BAM doen we dit nu al met LEAB, Laag Energie Asfalt Beton’, zegt van den Beemt. LEAB wordt geproduceerd bij een temperatuur van 130 in plaats van 160 graden Celsius bij gewoon asfalt. Dit leidt tot CO2-afname van maar liefst 30%. Van den Beemt: ‘We produceren momenteel al met groen gas, maar op termijn willen we volledig over naar een andere energiebron, zoals elektriciteit. Om zo nog een extra impuls te geven aan de ontwikkeling van dit duurzame asfalt.’
Vezels in plaats van polymeren
Een andere innovatie waar het bouwbedrijf aan werkt is het vervangen van polymeren door vezels.
Van den Beemt: ‘We gebruiken polymeren om het asfalt op plekken die zwaarder belast worden, robuuster te maken. Denk aan busbanen, ontsluitingswegen bij industrieterreinen en ga zo maar door. Voor het verwerken van die polymeren hebben we hoge tempraturen nodig, tot wel 175 graden Celsius. En dat sluit niet aan bij onze BAM-strategie Building a sustainable tomorrow waar duurzaamheid, digitalisering en industrialisatie centrale thema’s zijn.’
‘We werken daarom met vezels waarmee we nu die wegdekken wapenen. Hiermee maken we de asfaltmengsels net zo sterk, maar ze verouderen langzamer en we kunnen ze produceren bij 130 graden Celsius. Bovendien zijn deze mengsels in de toekomst eenvoudiger te recyclen. De resultaten zien er geweldig uit.’