Thermische energie uit oppervlaktewater
Thermische energie uit oppervlaktewater kan een duurzaam en belangrijk alternatief zijn voor aardgas. Als waterbeheerder onderzoekt Rijkswaterstaat samen met de waterschappen de mogelijkheden om deze energiebron goed te benutten.
Op verschillende manieren kun je energie uit water halen: met het verschil in zoutconcentratie tussen zoet en zout water, met waterkracht en met warmte en koude uit oppervlaktewater. Vooral die laatste methode heeft veel potentie. Thermische energie uit oppervlaktewater (TEO) is namelijk erg geschikt voor het verwarmen en koelen van gebouwen en woningen.
Hoe werkt TEO?
TEO maakt gebruik van de temperatuurverschillen van het oppervlaktewater tijdens de seizoenen. In de zomer wordt warmte uit het oppervlaktewater opgeslagen, bijvoorbeeld in een WKO-installatie (warmte- en koudeopslag). Deze warmte kan in het koude seizoen worden benut, om met behulp van een warmtepomp gebouwen te verwarmen.
In de winter kan juist koude worden opgeslagen. Deze koude is dan een bron voor duurzame koeling. In sommige gevallen is het mogelijk zonder opslag direct warmte of koude te leveren, bijvoorbeeld bij koudewinning uit diepe plassen.
Waarom TEO?
Van onze huidige energievraag is ongeveer 30% nodig voor het verwarmen en koelen van de bebouwde omgeving. Op dit moment gebeurt dat vooral met aardgas, maar dat zal in de toekomst niet meer mogelijk zijn. TEO kan hiervoor een duurzaam en belangrijk alternatief zijn.
Een behouden inschatting is dat deze bron kan voorzien in ongeveer 12% van de nationale warmtevraag en 54% van de koudevraag. Daarmee vormt deze bron een bijdrage in het streven van gemeenten naar aardgasloze wijken.
Met wie?
In dit project werkt Rijkswaterstaat samen met Unie van Waterschappen, STOWA en Deltares. Kijk voor meer informatie over TEO op de website vanĀ STOWA.