Zeedijk Perkpolder: monitoring en aanpak thermisch gereinigde grond

Binnen het project Natuurcompensatie Perkpolder is in 2015 een nieuwe zeedijk aangelegd bij Perkpolder (gemeente Hulst, Zeeuws-Vlaanderen).

In de kern van de nieuwe zeedijk is 275.000 m3 thermisch gereinigde grond (TGG) gebruikt als alternatief voor zand. Op deze pagina lees je meer over de monitoring en TGG-aanpak bij Perkpolder.

Onderzoeken Perkpolder

Rijkswaterstaat heeft na aanleg van de dijk, in 2016, een oriënterend onderzoek laten uitvoeren naar de toegepaste TGG. Hieruit kwam naar voren dat er in het materiaal in de kern van de dijk hogere concentraties van bepaalde stoffen werden aangetroffen dan verwacht. Dit was de aanleiding voor nader onderzoek (2018) naar de mogelijke effecten van de TGG op gezondheid, milieu en op de sterkte van de dijk.

Rijkswaterstaat heeft kennisinstituut Deltares uitgebreid onderzoek laten doen naar de kwaliteit en effecten van de TGG in de dijk bij Perkpolder. De sterkte van de dijk bleek niet in het geding. Ook de risico’s voor het milieu bleken gering. Het RIVM concludeerde in dat jaar dat de risico’s voor de gezondheid van mens en dier klein zijn.

Monitoring

Van een aantal stoffen zijn verhoogde waardes gemeten in de TGG. De aanwezigheid van de afdeklaag zorgt er voor dat contact tussen mens, dier en vegetatie met de TGG is uitgesloten.

Voor Perkpolder stelt het RIVM dat de toegepaste TGG is afgedekt waardoor geen directe blootstelling aan TGG mogelijk is en er geen risico’s zijn voor de volksgezondheid.

Uitvoerig onderzoek is gedaan naar het risico van verspreiding van de verontreinigingen via het grondwater. De bevindingen laten zien dat verspreiding naar de omgeving verder dan de directe ondergrond en de directe omgeving van waar de TGG is toegepast, niet aan de orde is. Wel zal de kwaliteit van het water in de kwelsloot en van het grondwater de komende jaren gemonitord worden.

Rapportages en onderzoeken

De resultaten van de monitoring van het water in de kwelsloot en het grondwater worden jaarlijks vastgesteld in een rapportage. Deltares maakt deze rapportages voor Rijkswaterstaat.

Naast de meerjarige monitoring is gekeken wat er gedaan kan worden om verdere verspreiding van stoffen tegen te gaan.

Rijkswaterstaat heeft een aantal alternatieven laten onderzoeken. In het onderzoek is gekeken naar de technische mogelijkheden, het milieurendement van elke maatregel, in welke mate deze uitvoerbaar zijn, wat de voor- en nadelen hiervan zijn en de kosten. Op deze manier kunnen mogelijke maatregelen objectief tegen elkaar worden afgewogen.

Uiteindelijk zijn 4 alternatieven geselecteerd voor nadere uitwerking:

1. de huidige situatie door monitoring beheersen;

2. het watersysteem rond de zeedijken isoleren;

3. de zeedijken aanvullend voorzien van drainage, of;

4. alle TGG verwijderen en de zeedijken opnieuw aanleggen.

Ook is er nader onderzoek gedaan naar de verspreiding van stoffen.

Daarnaast heeft het RIVM nader uitgebreid onderzoek gedaan naar de risico’s voor de gezondheid door stoffen uit de thermisch gereinigde grond. Het RIVM concludeert dat stoffen uit thermische gereinigde grond (TGG) in de zeedijk in Perkpolder geen risico’s vormen voor mens, plant en dier. Het RIVM heeft ook de voorgestelde alternatieven beoordeeld op de effecten voor gezondheid en milieu.

Op grond van de tot op heden uitgevoerde onderzoeken kan worden geconcludeerd dat:

  • enkele stoffen in de TGG de maximale waarde bodemklasse industrie overschrijden;
  • de verspreiding van stoffen uit de TGG zich beperkt tot het ondiepe grondwater direct onder de Westelijke- en Zuidelijke zeedijk Perkpolder en direct naast de kwelsloot (aan de dijkzijde);
  • er ter plaatse van en in de nabije omgeving van de Koppeldijk geen nieuwe bodemverontreiniging is aangetroffen en hier ook geen sprake is van verspreidingsrisico’s;
  • de bovenstroomse kwelsloot hogere concentraties aan stoffen bevat dan de kwelsloten bij de westelijke- en zuidelijke zeedijken Perkpolder, door de verdunning met kwelwater via de kwelfilters;
  • het kwelsysteem functioneert als beheersmaatregel die de directe gevolgen beperkt;
  • er geen beïnvloeding van de zoetwaterbel is;
  • er geen beïnvloeding van de naastgelegen landbouwgronden is;
  • er geen beïnvloeding van de benedenstroomse watergang is;
  • er geen risico’s zijn voor mens, plant (moestuinen en landbouw) en dier.

Plan van aanpak

Met de diverse alternatieven en de recente onderzoeksresultaten is een keuze gemaakt welke maatregelen Rijkswaterstaat wil laten uitvoeren om de verdere verspreiding van stoffen tegen te gaan. Een plan van aanpak hiervoor is inmiddels gereed. De bevoegde gezagen hebben hiermee inmiddels ingestemd. We blijven de situatie monitoren en willen het water van de kwelsloot bij de dijk rechtstreeks afvoeren naar de Westerschelde.