Planning en aanpak

De Kreekraksluizen bestaan uit 2 sluiskolken met elk 3 sluisdeuren. Daarvan zijn 2 sluisdeuren per sluis in gebruik. De deuren van de Kreekraksluizen openen verticaal: ze worden opgetild tussen 2 heftorens. In deze heftorens bevinden zich de haalkabels en de veerbuffers.

Deze onderdelen zijn nodig om de sluisdeuren te openen en te sluiten. De haalkabels en buffers bereiken het einde van hun levensduur. Daarom vervangen we de oude kabels en buffers van de oostkolk door nieuwe.

Andere werkzaamheden die Rijkswaterstaat uitvoert, bestaan uit het voorzien van een nieuwe conservering van de sluisdeuren. Hierbij verwisselen we steeds een huidige deur met een geheel nieuw geconserveerde. Ook reviseren we de deurgeleidingen.

De deurgeleidingen zorgen ervoor dat de beweging van de deur rustig verloopt en op positie blijft, zowel in hoge als in lage stand. De deurgeleidingen lopen vanaf bodem van de kolk onder water tot de hoogste positie van de deur.

Ten slotte voert Rijkswaterstaat tijdens deze onderhoudsperiode onderhoud uit aan de elektromotoren. Deze motoren drijven de kabeltrommels aan die vervolgens het contragewicht in werking zet, waarmee de sluisdeuren openen of sluiten.

Tijdens de werkzaamheden blijft er altijd 1 kolk volledig beschikbaar voor de scheepvaart.

Wanneer?