Factsheet: Onderwijsaanpak

Spitsdrukte in het ov is onprettig voor reizigers. Dit maakt het ov minder aantrekkelijk, vergeleken met reizen met de auto. Omdat studenten en scholieren het ov veel gebruiken, ook in de spits, zijn zij een interessante doelgroep voor maatregelen om spitsdrukte te verminderen.

De onderwijsaanpak, en specifiek slim roosteren, heeft daarom als doel reizigersstromen van scholieren en studenten meer te spreiden en ov-spitspieken af te vlakken.

Binnen de onderwijsaanpak staat slim roosteren veelal centraal maar ook fietsstimulering, onderwijs op afstand en huisvesting dichtbij onderwijsinstellingen zijn gebruikte methodes om het ov tijdens de spits te ontlasten.

Slim roosteren

Grofweg de helft van alle gereisde kilometers vindt plaats tijdens de spits doordat de meeste lessen en colleges in de ochtend en vroege middag aan het begin van de week plaatsvinden. Door middel van slim roosteren wordt er afgestapt van de traditionele manier van roosteren door bijvoorbeeld:

  • grote groepen studenten en scholieren op een later moment in de ochtend te laten beginnen
  • meer lessen en colleges te laten plaatsvinden tussen 16:00 en 18:00 waarbij er ’s ochtends later begonnen wordt
  • studentvriendelijk roosteren door minder tussenuren zodat er een dag in de week minder gereisd hoeft te worden

Praktijkvoorbeelden laten zien dat slim roosteren werkt. Bijvoorbeeld bij de Nijmeegse Campus Heijendaal is de drukte in de ochtendspits door slim roosteren significant naar beneden gegaan en ook in Groningen is er veel winst behaald bij met name MBO en VO scholen.

In Groningen zijn deze onderwijsinstellingen verleid om aan de slag te gaan met slim roosteren door middel van een financiële beloning naar rato van het gerealiseerde aantal spitsmijdingen.

Een uitdaging binnen slim roosteren is veelal het rekening houden met roostervoorkeuren van docenten. Waar laat beginnen en tot later lesgeven goed is voor het spreiden van reizigersstromen, is dit vaak niet geheel in lijn met de roosterwensen van docenten en studenten. Goed overleg en oriëntatie op voorkeuren is daarom van groot belang.

Fietsstimulering

Hoe fietsgebruik gestimuleerd wordt, verschilt sterk voor medewerkers en voor studenten van onderwijsinstellingen. Voor medewerkers zijn er meerdere (fiscaal aantrekkelijke) opties om het fietsgebruik te stimuleren (zie ook de Factsheet: Werkgeversaanpak) maar voor studenten zijn de opties beperkter.

Onderwijsinstellingen betalen bijvoorbeeld geen kilometervergoeding aan studenten, en kunnen geen vergoeding beschikbaar stellen bij de aanschaf van een (elektrische) fiets.

Studenten worden daarom veelal gestimuleerd om de fiets te gebruiken door goede fietsfaciliteiten zoals fietsparkeervoorzieningen aan te bieden, een deelfiets waarmee van en naar stagelocaties gefietst kan worden aan te bieden en ook door de inzet van spontane uitdeelacties worden studenten gestimuleerd om met de fiets te reizen.

Bij deze uitdeelacties worden studenten en scholieren die met de fiets naar hun onderwijsinstelling reizen beloond met een kleinigheidje (zie ook de Factsheet: Fietsstimulering).

Onderwijs op afstand

Onderwijs op afstand kan verschillende vormen aannemen. Onderwijsinstellingen kunnen lessen volledig digitaal op afstand aanbieden, of hybride waarbij een deel van de studenten op locatie is en een deel op afstand.

Maar tijdens de coronaperiode hebben de onderwijsinstellingen ervaren dat fysiek onderwijs belangrijk is, en dat onderwijs op afstand niet in alle gevallen mogelijk is. De toepasbaarheid is daarnaast sowieso logischerwijs sterk afhankelijk van het type onderwijs.

Huisvesting nabij onderwijsinstellingen

Het realiseren van studentenhuisvesting nabij onderwijslocaties zorgt ervoor dat studenten dusdanig dicht bij de onderwijslocatie wonen dat zij lopend of met fiets sneller zijn dan met het ov. De noodzaak om met het ov te reizen valt hierom weg.

Maar dit onderdeel van de onderwijsaanpak is complexer dan de hierboven genoemde methoden. Onderwijsinstellingen mogen binnen de huidige wet- en regelgeving namelijk zelf geen huisvesting realiseren of aanbieden en daarom moeten zij samenwerken met een externe partij.

Daarnaast heeft het proces van initiatie tot de realisatie van studentenwoningen een lange doorlooptijd van meerdere jaren.

Bereikbaarheidseffecten

De bereikbaarheidseffecten van de onderwijsaanpak zijn situatieafhankelijk en voor praktijkvoorbeelden niet altijd goed in kaart gebracht of gedocumenteerd. Op de Heijendaal Campus in Nijmegen zijn de effecten van slim roosteren wel goed inzichtelijk gemaakt.

Door een meting van ov-check-ins is achterhaald dat de hyperspits met een reductie van 22% in de trein en 10% in de bus dusdanig is afgevlakt dat er voor beide modaliteiten geen sprake meer is van overbezetting en dat de hyperspits dus niet meer bestaat.

Er is nog wel sprake van een spits, die ook langer aanhoudt, maar die is beter verspreid en daardoor minder extreem.

Effecten lange termijn

De langetermijneffecten van de onderwijsaanpak zijn sterk afhankelijk van het type maatregel dat getroffen wordt. Een investering in slim roosteren is vaak eenmalig waarna het de vaste praktijk wordt.

Door ieder jaar de roosters op dezelfde manier in te plannen om de (hyper)spits te ontlasten, zijn de effecten van slim roosteren ook op de lange termijn merkbaar. Hierbij is het wel belangrijk dat er geëvalueerd blijft worden om te controleren of slim roosteren het gewenste effect heeft. Hetzelfde geldt voor leren op afstand waarbij er ook blijvend moet worden geëvalueerd zodat er adequaat kan worden bijgestuurd.

Behalve bij structurele aanpassingen zoals fietsparkeervoorzieningen moet er in fietsstimulering jaarlijks worden geïnvesteerd om het effect blijvend te laten zijn. Vanwege de hoge doorstroom van studenten en scholieren moeten beloningsacties bijvoorbeeld ieder jaar plaatsvinden om een blijvend effect te creëren.

Realisatie van huisvesting dichtbij onderwijsinstellingen heeft op de lange termijn een blijvend effect.

Variabelen die van invloed zijn op effecten

Iedere onderwijsinstelling heeft een eigen profiel. Onderwijsinstellingen verschillen onderling sterk in type studenten/scholier, grootte, locatie, et cetera. De onderwijsaanpak is daarom maatwerk voor iedere instelling. Waar een universiteit hoorcolleges digitaal kan aanbieden, zijn praktijklessen bij een MBO nauwelijks op afstand te organiseren.

Ook het realiseren van huisvesting nabij een universiteit of hogeschool zal daar meer effect hebben omdat in het voortgezet onderwijs de studenten voor een groot deel onder de 18 zijn en nog bij hun ouders wonen.

Binnen de onderwijsaanpak is acceptatie belangrijk. Onderwijsinstellingen willen haar medewerkers en studenten graag tevreden houden en prettige les- en werktijden zijn daarbij een belangrijk onderdeel. Het inventariseren van roostervoorkeuren van studenten en docenten is daarom belangrijk om anders de onderwijsaanpak tot een succes te maken.

Kosten

Het is lastig om een prijskaartje te hangen aan de onderwijsaanpak. Binnen slim roosteren brengt roosterverandering op zichzelf niet veel kosten met zich mee, maar het proces er omheen en alle manuren kosten uiteraard wel geld. Denk hierbij aan het onderhouden van een werkgroep, kosten voor communicatie en middelen voor onderzoek en advies.

Verder draagt een financiële stimulans in de vorm van een bijdrage voor onderwijsinstellingen die slim roosteren invoeren, zoals in Groningen gebeurd is, bij aan de kosten. Maar hoe hoog een dergelijk bedrag is, hebben de verstrekkende partijen zelf in de hand.

Voor leren op afstand kunnen de kosten hoog oplopen. Voor leren op afstand is de juiste apparatuur nodig, zowel voor docenten als studenten en scholieren, en deze apparatuur kan duur zijn. De kosten van fietsstimulering zijn sterk afhankelijk van de schaal waarop fietsen gestimuleerd wordt.

Tot slot, ook de kosten voor huisvesting nabij onderwijsinstellingen zijn lastig te vangen omdat de bouw een grote investering vraagt, maar de huur ook opbrengsten met zich meebrengt.

Geraadpleegde bronnen