Waterbeheer: blijven leren van elkaar
Het is maandagochtend en ik zit in de trein naar Barendrecht. Er staat veel wind en de regen striemt tegen de ramen. In gedachten neem ik de komende dag door, dat geeft me wel wat spanning. Ik ga namelijk een workshop geven, over waterbeheer.
Ik geef wel vaker workshops en presentaties over waterbeheer, op lagere scholen tot aan universiteiten. Altijd wel spannend, maar nu wat extra. Vandaag sta ik namelijk voor een groep Rijkswaterstaatcollega’s: operators die op onze gemalen, stuwen en sluizen zorgen voor niet te veel, maar ook niet te weinig water. Wat moet ik deze collega’s nog bijbrengen? Zij zitten dichter op het échte waterbeheer dan ik: letterlijk met de handen aan de knoppen.
We kunnen het niet laten regenen
Toch heb ik wel wat te vertellen, denk ik. Vooral vanwege mijn ervaring bij de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW), die adviseert over de waterverdeling bij droogte. We kunnen het niet laten regenen, maar wél het weinige water dat Nederland nog binnenkomt zo goed mogelijk verdelen. Daar is namelijk veel van afhankelijk. Vlotte en veilige scheepvaart bijvoorbeeld. Maar ook voldoende en schoon water voor landbouw, natuur en drinkwaterbereiding.
Meerdere belangen
Bij de waterverdeling kijken we naar ons gehele watersysteem: vanaf de grens met België en Duitsland tot en met de Noordzee. Alles daartussen hangt met elkaar samen en kunnen we, tot op zekere hoogte, sturen. Hierbij wegen we de verschillende, vaak tegengestelde, belangen zorgvuldig af. Tijdens de workshop vertel ik hoe belangrijk het is om te weten op welke manier je deel uitmaakt van dat grotere geheel, en welke belangen er allemaal spelen. Mijn collega’s op de sluizen hebben vooral te maken met schippers die kostbare reistijd verliezen. Bij laag water moeten ze namelijk langer wachten voor ze een sluis in kunnen varen. Fijn als je dan als sluiswachter kunt uitleggen dat er ook andere belangen spelen die soms zwaarder wegen dan die van de scheepvaart.
Je doet het niet alleen
Tijdens de workshop moedig ik mijn collega’s aan om ervaringen te delen. Mooi om te zien hoe iedereen, in zijn ‘eigen’ stukje watersysteem, zo zijn eigen uitdagingen heeft. En op zijn eigen manier bijdraagt aan ons waterbeheer. Natuurlijk hoeven ze het niet allemaal alleen te doen. Rijkswaterstaat houdt in het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) in Lelystad bijvoorbeeld continu de vinger aan de pols. Waterstanden, rivierafvoer, waterkwaliteit, alles houden we daar in de gaten. En zijn er signalen van aankomende droogte of laag water, dan krijgen de operators tijdig een seintje.
De kans op droge zomers wordt groter
Bewustwording
‘Krijgen we vaker van die droge zomers als in 2018?’, vraagt één van de deelnemers. Vrijwel elke bijeenkomst word ik hiernaar gevraagd. Ik weet het niet, ik heb geen glazen bol. Maar volgens de experts die ik regelmatig spreek, wordt de kans erop groter. We moeten ons er dus wel op voorbereiden. Aan de vragen en ideeën die de deelnemers inbrengen, merk ik hun grote betrokkenheid. Ook zie ik dat ze zich door de workshop nog meer bewust worden van hun rol in het complexe geheel van het waterbeheer in Nederland. Zo zijn we nóg beter op een volgende droge zomer voorbereid.
Echt waterbeheer
In de trein naar huis laat ik de dag nog eens aan me voorbijgaan. De wind is gaan liggen en het regent niet meer. Zo rustig als het buiten is, voel ik me ook. Die spanning van vanochtend was dus helemaal niet nodig…
Ik realiseer me dat mijn collega’s en ik eigenlijk allemáál van het waterbeheer zijn. Waterexperts zoals ik zitten dan wel niet aan de knoppen, maar zijn er wel degelijk onderdeel van.