Bathse Spuisluis

Een sluis die er niet is voor schepen en die aansluit op een kanaal waar je niet op mag varen. Dat klinkt misschien raar, maar het maakt de Bathse Spuisluis in Zeeland er niet minder belangrijk om. Ook aan vismigratie levert dit Deltawerk een bijdrage.

dagelijkse visfile voor de sluis voor de oversteek naar het Zoommeer

De Bathse Spuisluis verbindt het zoete Zoommeer met de zoute Westerschelde. Ze is anders dan de andere Deltawerken. Het is de enige waterkering die niet is gebouwd als verdediging tegen het water. De sluis staat aan het einde van het Bathse Spuikanaal

We hebben beide tussen 1980 en 1987 speciaal aangelegd om overtollig water af te voeren van het Zoommeer naar de Westerschelde. Zo wordt het water in het Zoommeer en achterliggende wateren ververst. De spuisluis houdt ook het waterpeil op orde voor schepen op het Schelde-Rijnkanaal. Die kunnen daardoor onder de bruggen blijven doorvaren.

Hoe werkt de vispassage?

Terwijl het zoete water door de spuisluis naar de Westerschelde stroomt, willen vissen als de glasaal en driedoornige stekelbaars juist de andere kant op. Zij trekken naar het Zoommeer en het verderop gelegen Volkerak om zich voort te planten. Dagelijkse wachten veel vissen bij de Bathse Spuisluis om de oversteek naar het Zoommeer te maken. Zij worden gelokt door het zoete water dat via de sluis in de Westerschelde komt. 

Sinds 2017 helpen we de vissen een handje bij het passeren van de Bathse Spuisluis. We zetten 2 keer per dag een waakdeur en schuif in de spuisluis open. Dit gebeurt iedere keer maar een minuut of 10. Zo voorkomen we dat er te veel zout water het Zoommeer instroomt. Maar doordat de doorgang 3 bij 3 m groot is, kunnen toch veel vissen in korte tijd het Zoommeer bereiken.

Per dag zetten we 2 keer een waakdeur en schuif open voor 10 minuten om vissen door te laten

Onderzoek

We blijven op zoek naar verbeteringen. Hoe werkt de huidige aanpak? Weten naast glasaal en driedoornige stekelbaars misschien ook rivierprik, zeeforel en zalm de sluis te passeren? Moeten we de Bathse Spuisluis aanpassen, zodat vissen makkelijker van zout naar zoet water kunnen zwemmen? 

En zou een andere inrichting van de omgeving van de sluis helpen? Zodat er bijvoorbeeld plekken ontstaan waar de vissen kunnen uitrusten voor ze de oversteek wagen? Of waar ze makkelijker tegen de stroom kunnen inzwemmen? 

Onderzoek moet de komende jaren antwoord gaan geven op deze en andere vragen. We kijken ook naar ervaringen die op andere plekken zijn opgedaan. Bijvoorbeeld bij de Haringvlietsluizen.

Feiten en cijfers

  • gerenoveerd in 2020;
  • kan 8,5 miljard liter water per dag afvoeren;
  • 2 keer per dag waakdeur en schuif open voor vissen;
  • vooral glasaal en driehoornige stekelbaars passeren sluis.