100 jaar Zuiderzeewet In 1918, nu precies 100 jaar geleden, werd de Zuiderzeewet ondertekend. Een historisch moment voor de waterveiligheid van Nederland. De Zuiderzeewerken die voortvloeiden uit de wet, veranderden het aanzien van Nederland ingrijpend. Rijkswaterstaat voerde een groot aantal projecten uit, om Nederland te beschermen tegen het water: de Afsluitdijk werd aangelegd, de Zuiderzee werd bedwongen en door inpoldering van het Wieringermeer en de aanleg van de Noordoostpolder en Flevoland ontstond er nieuw land, waar mensen wonen, werken, voedsel verbouwen en waar ruimte is voor de natuur. Nu, 100 jaar later, werkt Rijkswaterstaat nog steeds aan waterveiligheid. Neem bijvoorbeeld de Afsluitdijk. De in 1932 aangelegde dijk wordt versterkt en er komen extra spuisluizen en pompen om overtollig water uit het IJsselmeer beter af te kunnen voeren. Ook wordt de Houtribdijk versterkt, een 25 kilometer lange dijk tussen Lelystad en Enkhuizen. De Houtribdijk wordt aangepakt, zodat deze ook in de toekomst de harde klappen van het water op het Markermeer en IJsselmeer kan opvangen en zo het hele IJsselmeergebied beschermt. Als internationaal koploper op het gebied van waterveiligheid, met oog voor de natuur, wil Rijkswaterstaat ook de komende 100 jaar een voorbeeld zijn en blijven voor andere landen.
100 jaar Zuiderzeewerken
Elke dag werkt Rijkswaterstaat aan een veilig Nederland. Een voorbeeld hiervan zijn de Zuiderzeewerken. In 2024 is het 100 jaar geleden dat het eerste Zuiderzeewerk, de Amsteldiepdijk, klaar was. De Afsluitdijk is het bekendste voorbeeld van de Zuiderzeewerken.
Plannen voor afsluiting Zuiderzee
Een belangrijke historische stap in de bescherming tegen het water is de ondertekening van de Zuiderzeewet in 1918. De Zuiderzeewet was de start voor de uitvoering van de plannen van ingenieur Cornelis Lely, toenmalig minister van Waterstaat.
Het oudste plan voor de afsluiting en inpoldering van de Zuiderzee dateert uit 1667, bedacht door ingenieur Hendrik Stevin. In die tijd was dit idee technisch echter nog niet uitvoerbaar. In 1886 werd de Zuiderzeevereniging opgericht.
Voorzitter Cornelis Lely ontwierp een nieuw plan voor afsluiting en inpoldering van de Zuiderzee. Lely werd in 1913 minister van Waterstaat en zorgde ervoor dat inpoldering in het regeringsprogramma kwam. Er waren protesten vanuit de visserij en door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog stagneerden de plannen. De Zuiderzeevloed van 1916 maakte het onderwerp weer actueel. Deze overstroming richtte grote schade aan en maakte de noodzaak voor betere waterbeheersing duidelijk.
In 1918 werd daarom de Zuiderzeewet getekend. Ook ging het parlement akkoord met het aanleggen van de Afsluitdijk. Voordat begonnen werd met het aanleggen van de Afsluitdijk, werd eerst de Amsteldiepdijk of Korte Afsluitdijk aangelegd tussen Noord-Holland en het eiland Wieringen.
De Korte Afsluitdijk
De aanleg van de 2,5 km lange Amsteldiepdijk of Korte Afsluitdijk tussen Noord-Holland en het eiland Wieringen duurde van 1920 tot 1924. Deze dijk was een voorproefje voor de aanleg van de Afsluitdijk.
De ingenieurs van de Dienst der Zuiderzeewerken deden kennis en ervaring op, onder andere door voor het eerst keileem (een mix van klei, leem, zand, grind en grotere keien) te gebruiken als bouwgrond voor een dijk. Door de Amsteldiepdijk kreeg Wieringen een directe verbinding met het vasteland van Noord-Holland en was daarmee eiland af. De Amsteldiepdijk kan daarom gezien worden als het eerste deel van de Afsluitdijk.
De aanleg van de Afsluitdijk
5000 arbeiders werkten aan de Afsluitdijk
In 1927 startte de aanleg van de Afsluitdijk vanuit de oevers en de speciaal aangelegde werkeilanden Breezand en Kornwerderzand. Op 28 mei 1932 sloot het laatste gat in de Afsluitdijk. De Zuiderzee werd de IJsselmeer en het zoute water werd langzaam zoet. Vanaf 1933 werd de Afsluitdijk opengesteld voor verkeer.
Inpoldering Zuiderzee
Ook voor het droogleggen van polders is een proef gedaan. In 1926 werd de eerste Proefpolder Andijk drooggelegd. Dit gebeurde om te kijken of landbouwgrond kon worden ontwikkeld op de bodem van de voormalige Zuiderzee, om aan de groeiende vraag naar voedsel te voldoen.
Naast de aanleg van de Afsluitdijk begon ook de inpoldering van de Zuiderzee. Met de aanleg van Wieringermeer (1930), Noordoostpolder (1942), oostelijk Flevoland (1957) en zuidelijk Flevoland (1968) ontstond er 165.000 ha nieuw land.
Klimaatverandering en de stijgende zeespiegel eisen steeds meer van de Afsluitdijk
Versterken voor de toekomst
We werken nog altijd aan een veilig Nederland. Bij de bescherming tegen het water houden we ook rekening met de kwaliteit van de natuur. Met de verandering van ons klimaat moeten we ons goed voorbereiden op de gevolgen van een zeespiegelstijging, een dalende bodem en stijgende temperaturen. Een overstroming kan ervoor zorgen dat 60% van Nederland onder water komt te staan. Rijkswaterstaat beschermt Nederland tegen hoogwater en zorgt voor voldoende zoetwater. We zorgen voor sterke dijken en voor ruimte voor de rivieren.
Oog voor natuur
Naast het veilig houden van Nederland verbetert Rijkswaterstaat de ecologische waterkwaliteit. De maatregelen die we nemen, komen voort uit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Deze richtlijn bepaalt dat de wateren een goed leefgebied vormen voor de planten en dieren die er thuishoren. Die duurzame aanpak biedt kansen voor Nederland, de burger en ons bedrijfsleven. Door leefgebieden te herstellen, vissen ruim baan te geven en het water schoon en gezond te houden kunnen we grote winst boeken. Water stroomt van boven naar beneden en houdt zich niet aan grenzen. Daarom werken Rijkswaterstaat en de andere waterbeheerders samen om deze doelstelling te halen.
Projecten voor natuurherstel
Ruim baan voor vis
De dijken van de Zuiderzeewerken vormen een barrière voor vissen die verschillende typen water nodig hebben. Samen met de regio geven we vissen ruim baan.
Natura 2000
In het IJsselmeergebied zijn Natura 2000-gebieden aangewezen. In deze gebieden willen we de huidige natuur in stand houden en zo nodig versterken.
Ook in de toekomst veilig voor het water
Rijkswaterstaat is voortdurend op zoek naar slimme, duurzame, veilige en betaalbare manieren om ons land veilig, bereikbaar en leefbaar te houden. Innoveren is hierbij onmisbaar. We werken hiervoor samen met kennisinstituten, bedrijfsleven, overheden en weggebruikers. We willen koploper zijn op het gebied van waterveiligheid, met oog voor de natuur. Daarom wil Rijkswaterstaat ook de komende eeuwen een voorbeeld zijn en blijven voor veel andere landen.