(Beeldtitel: Stuw- en sluiscomplex Linne in de Maas. Beeldtekst: Via de sluizen Heel en Linne varen schepen over de Maas. Bij stuw Linne houden we het water van de Maas op peil.) LEVENDIGE MUZIEK TOT HET EIND VAN DE VIDEO (Bij laagwater zorgt de stuw voor voldoende waterpeil. Schepen varen veilig. Bij hoogwater strijken we de stuwen. De stuwkraanwagen rijdt bij hoogwater via een rails over de stuw.) (Beelden van de kraan die behoedzaam schuiven uit het water haalt.) (Beeldtekst: De kraan trekt de 45 schuiven één voor één uit het water. Deze schuiven bewaren we in cassettes op het land en in een loods. Dit kan één persoon veilig uitvoeren.) (Daarna verwijderen we de brugdelen met de kraan. De jukken waar de schuiven tussen hingen, trekken we via een lier plat op de bodem. Zo heeft het water alle ruimte om vlot door te stromen. En houden we de Maas veilig en bevaarbaar.) (Het Nederlandse wapenschild met daarnaast: Rijkswaterstaat. Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het beeld wordt geel met wit. Beeldtekst: Meer informatie? Kijk op rijkswaterstaat.nl. Een productie van Rijkswaterstaat. Copyright 2021.)
De 7 Maasstuwen
Tussen 1915 en 1942 heeft Rijkswaterstaat op 7 locaties stuwen en sluizen gebouwd, zodat de Maas bevaarbaar werd. Dit was nodig om Nederland met schepen te kunnen voorzien van Limburgse steenkool.
we houden het waterpeil 24 uur per dag in de gaten
Door de stuwen kunnen we het waterpeil in de Maas kunstmatig hoog houden. Dit is een groot verschil met de Rijn en de Waal; dat zijn geen gestuwde rivieren. Het waterpeil wordt 24 uur per dag in de gaten gehouden. Met beweegbare schuiven in de stuwen kunnen we meer of minder water doorlaten.
In tijden van droogte kan zo op de Maas relatief lang worden doorgevaren. En bij hoogwater zetten we de stuwen helemaal open. Zo kan het water snel naar zee stromen. De scheepvaart kan dan via de stuwen varen, in plaats van via de sluizen.
De 7 sluis- en stuwcomplexen in de Maas
De Maas komt vanuit België Zuid-Limburg binnen en staat daar gemiddeld 44 m boven Normaal Amsterdams Peil (NAP). Bij de laatste stuw in het Noord-Brabantse Lith is dit 1 m boven NAP. Door de 7 stuwen daalt het water geleidelijk zodat de Maas bevaarbaar blijft.
1. Sluis- en stuwcomplex Lith
Gebouwd tussen 1934 - 1936, voor een deel rijksmonument:
- 2 sluizen (uit 1936 en 2002) bediening op locatie
- 3 stuwopeningen
- een waterkrachtcentrale
- een vistrap
- hoogteverschil ongeveer 4,5 m
In 2020 hebben we bij de vispassage een camera opgehangen om vissen te herkennen en tellen. Op de beelden zijn onder meer een zalm, een baars en een bever te zien!
2. Sluis- en stuwcomplex Grave
Gebouwd in 1926, verkeersbrug met daaronder het sluis- en stuwcomplex:
- 2 sluiskolken waarvan 1 sinds 1975 gesloten, bediening op locatie
- 2 stuwopeningen onder de brug met in totaal 60 schuiven
- 2 kraanwagens waarmee via rails naast de brug de schuiven kunnen worden verplaatst.
- een vistrap
- hoogteverschil ongeveer 3 m
In 2016 voer een binnenvaartschip in dichte mist tegen stuw Grave. Door de aanvaring raakten 5 jukken beschadigd, waarop de stuwschuiven vastgemaakt. Het waterpeil in de Maas zakte over 25 km naar het laagst mogelijke niveau: het daalde met ongeveer 3 m. Om de stuw te kunnen herstellen werden tijdelijke dammen geplaatst. In de animatie over de aanvaring leggen we het uit.
3. Sluis- en stuwcomplex Sambeek
Gebouwd in 1925:
- 3 sluiskolken, bediening op locatie
- 3 stuwopeningen
- een kraanwagen waarmee via rails over de stuw de schuiven van de stuw kunnen worden verplaatst
- een vistrap
- hoogteverschil ongeveer 3 m
Vroeger werd sluis Sambeek ingedeeld in een ‘dubbeltjeskant' en een ‘kwartjeskant'. Schippers gaven in die tijd fooien. Het was de kunst om schippers die een hogere fooi gaven, af te laten meren aan de kant waar de sluiswachters liepen. De kwartjeskant. De dubbeltjes waren voor de sluisknechten, aan de dubbeltjeskant!
4. Sluis- en stuwcomplex Belfeld
Gebouwd in 1926:
- 3 sluiskolken, centrale bediening vanuit Maasbracht
- 3 stuwopeningen
- een kraanwagen die via rails over de stuw de schuiven kan verplaatsen
- een vistrap
- hoogteverschil ongeveer 3 m
Bij stuw Belfeld zit nog steeds een schuilkelder. Die moest het personeel vroeger beschermen tegen stralingsgevaar tijdens rampen. Bij zo’n ramp kon het stuwpersoneel de kelder in vluchten. Vervolgens moest men om en om naar buiten om de stuw en sluizen te bedienen. Om de schepen door te laten en om de waterstand in de Maas te regelen.
5. Sluis- en stuwcomplex Roermond
Gebouwd rond 1926, rijksmonument:
- 1 sluiskolk met centrale bediening vanuit Maasbracht
- 3 stuwopeningen
- een vistrap
- een kraanwagen die via rails over de stuw de schuiven kan verplaatsen
- hoogteverschil ongeveer 3 m
In 2023 hebben we alle 16 jukken van de stuw vervangen. Dit was nodig in verband met slijtage. Hiervoor moest een tijdelijke dam voor de stuw worden gemaakt.
6. Sluis- en stuwcomplex Linne
Gebouwd in 1921:
- 1 sluiskolk, centrale bediening vanuit Maasbracht
- 4 stuwopeningen
- een vistrap
- een waterkrachtcentrale
- een kraanwagen die via rails over de stuw de schuiven kan verplaatsen
- hoogteverschil ongeveer 4 m
Tijdens storm Ciara in februari 2020 kwamen 2 duwbakken tegen de stuw aan. Die raakte daardoor flink beschadigd. Een kleine 9 maanden later is de stuw gerepareerd. Dat was een megaklus, helemaal tijdens corona.
7. Sluis- en stuwcomplex Borgharen
Gebouwd in 1928, rijksmonument:
- het sluisje is niet meer in gebruik
- 4 stuwopeningen
- een vistrap
- Achter deze stuw is de Maas ongeveer 45 km onbevaarbaar. Vlakbij de stuw start het Julianakanaal, waar de scheepvaart gebruik van maakt.
Stuw Borgharen werd in 1929 gebouwd om de aanleg van het Julianakanaal mogelijk te maken. Het is de eerste stuw die de Maas tegenkomt nadat ze Nederland binnenstroomt. Dit rijksmonument ligt op een prachtige plek en heeft al een paar keer meegedaan aan Open Monumentendag.
Wat is het verschil tussen een stuw en een sluis?
Een stuw is een afdamming en houdt het water in de Maas ‘vast’. Schuiven in de stuw kunnen open om meer of minder water door te laten. Een sluis is ook een afdamming, maar dan met deuren. Via de zogenoemde schutsluizen kunnen schepen passeren en zo het hoogteverschil overbruggen. In de O, zit dat zo! over sluizen in de rivier leggen we uit hoe dat werkt.
Stuwen strijken
Als er veel water door de Maas stroomt, openen we de stuwen helemaal. Dat noemen we ‘strijken’. Er zijn afspraken over bij welke waterstand dat gebeurt en over de volgorde.
De eerste stuw die we strijken is Belfeld (Maasafvoer ongeveer 1.100 m3/s). Daarna volgen Roermond ( ongeveer 1.200 m3/s), Sambeek (ongeveer 1.400 m3/s), Grave en Linne (ongeveer 1.500 m3/s). De stuwen bij Lith en Borgharen (ongeveer 1.700 m3/s) strijken we als laatste.
Stuwkraan
Het strijken kan op verschillende manieren, 1 ervan is door middel van een stuwkraan. Via deze kraan kunnen we onderdelen van de stuw, de schuiven, 1 voor 1 uit het water halen en aan de kant leggen. Bij stuw Linne hebben we sinds najaar 2021 een nieuwe stuwkraan. Hier kan 1 persoon veilig de schuiven uit de stuw halen. Hoe dat werkt zie je in onderstaande video.
We strijken de stuwen al voordat er echt sprake is van hoogwater. Ze hebben dan dus geen invloed meer op de waterstanden. Om de Maas meer ruimte te geven bij hoogwater hebben we veel maatregelen genomen. De animatie hieronder laat de maatregelen zien.
Aansturing van de 7 Maasstuwen
Onze centrale in Maasbracht bedient 8 sluizen, 1 beweegbare brug en 4 stuwen op het traject Maastricht-Belfeld. De andere 3 stuw-/sluiscomplexen in de Maas worden nog lokaal bediend.
Op zoek naar meer informatie over maatregelen bij laagwater of weten hoe een sluis werkt en wat het betekent dat de Maas een ‘gestuwde’ rivier is? Bekijk de video hieronder.